De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De notulen van de gemeenteraad van 25.02.2022 worden ter goedkeuring aan de gemeenteraad voorgelegd.
De notulen van de gemeenteraad van 25.02.2022 worden goedgekeurd.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 15.01.2019 aangaande de verkiezing van de schepenen.
Het besluit van de gemeenteraad van 29.03.2019 aangaande de aanstelling van toenmalig schepen Ria Steegmans als afgevaardigde namens de gemeente voor Huisvestingsmaatschappij Cordium cvba.
Op 29.03.2019 duidde de gemeenteraad toenmalig schepen Ria Steegmans aan als afgevaardigde namens de gemeente voor Huisvestingsmaatschappij Cordium cvba.
Gezien de recente schepenwissel wordt de gemeenteraad gevraagd een nieuwe afgevaardigde namens de gemeente aan te duiden.
Schepen Nicole Gielen, wonende Wintershovenstraat 6 te 3722 Kortessem, wordt vanaf heden aangesteld als afgevaardigde namens de gemeente bij Huisvestingsmaatschappij Cordium cvba, gedurende de resterende duurtijd van de huidige legislatuur, met raadslid Ria Steegmans, wonende Brandstraat 36 / 0001 te 3723 Kortessem als plaatsvervanger.
Een afschrift van dit besluit wordt digitaal overgemaakt aan Huisvestingsmaatschappij Cordium cvba.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 15.01.2019 aangaande de verkiezing van de schepenen.
Het besluit van de gemeenteraad van 05.09.2019 aangaande de aanwijzing van toenmalig schepen Ria Steegmans als vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene vergaderingen van IGL.
Op 05.09.2019 duidde de gemeenteraad toenmalig schepen Ria Steegmans aan als vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene vergaderingen van IGL.
Gezien de recente schepenwissel wordt de gemeenteraad gevraagd een nieuwe afgevaardigde aan te duiden.
Als vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene vergaderingen van Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg, afgekort IGL, wordt - voor de resterende duurtijd van de huidige legislatuur - aangewezen: schepen Nicole Gielen, wonende Wintershovenstraat 6 te 3722 Kortessem, met als plaatsvervanger raadslid Anneleen Meekers, wonende Aartsbisschop Graulsstraat 15 te 3720 Kortessem.
Het College van Burgemeester en Schepenen wordt belast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, meer bepaald artikel 432, alinea 3 waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 22.02.2019 waarbij raadslid Donald Martens aangeduid werd als vertegenwoordiger op de (Buitengewone) Algemene vergaderingen van opdrachthoudende vereniging Fluvius.
De gemeente is aangesloten bij Fluvius Opdrachthoudende Vereniging.
De gemeente werd per aangetekend schrijven van 28.03.2022 opgeroepen om deel te nemen aan de Algemene Vergadering tevens Jaarvergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging die op 08.06.2022 plaatsheeft te Affligem met als agenda:
Gelet op de beraadslagingen.
De Raad van Bestuur van Fluvius OV heeft beslist dat de vergadering digitaal zal gehouden worden indien de coronamaatregelen het op termijn niet zouden toelaten fysiek te vergaderen.
De gemeenteraad keurt de agenda goed van de Algemene Vergadering tevens Jaarvergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging van 08.06.2022 met als agendapunten:
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de Algemene Vergadering tevens Jaarvergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging in Affligem op 08.06.2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing. Indien de coronamaatregelen op termijn een fysieke vergadering niet zouden toelaten, zal de Algemene Vergadering tevens Jaarvergadering van 08.06.2022 digitaal gehouden worden.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan Fluvius Opdrachthoudende Vereniging, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e‑mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, meer bepaald artikel 432, alinea 3 waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 22.02.2019 waarbij schepen Camille Cuyx aangeduid werd als vertegenwoordiger op de (Buitengewone) Algemene vergaderingen van opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg.
De gemeente is voor één of meerdere activiteiten aangesloten bij de opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg.
De gemeente werd per aangetekend schrijven op 31.03.2022 opgeroepen om deel te nemen aan de Algemene Vergadering tevens jaarvergadering van Fluvius Limburg die op 21.06.2022 plaatsheeft in “Hotel Stayen, Tiensesteenweg 168 - 3800 Sint-Truiden”.
Een dossier met documentatiestukken werd aan de gemeente overgemaakt per brief op 31.03.2022.
Gelet op het feit dat we heden geconfronteerd worden met het coronavirus COVID-19, waarbij het op heden niet vaststaat onder welke vorm deze Algemene Vergadering zal kunnen plaatsvinden.
Gelet op de huidige federale richtlijnen alsook de politiebesluiten van de gouverneurs en de informatie via het Agentschap Binnenlands Bestuur omtrent het coronavirus COVID-19 (en de mogelijke evolutie in en aanpassing van deze richtlijnen en informatie) en de impact hiervan op onderhavige bijeenkomst kan desgevallend overgegaan worden tot het houden van een digitale Algemene Vergadering indien dit noodzakelijk mocht blijken.
De agenda van de Algemene Vergadering tevens jaarvergadering van de opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg van 21.06.2022 wordt goedgekeurd:
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de (fysieke of digitale) Algemene Vergadering tevens jaarvergadering van de opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg op 21.06.2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) wordt opgedragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e‑mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 22.02.2019 waarbij burgemeester Tom Thijsen aangewezen werd als gemeentelijke vertegenwoordiger voor de Algemene vergaderingen van TMVS dv.
Gemeentebestuur Kortessem is aangesloten bij TMVS dv.
Gelet op de statuten van TMVS dv.
Er werd een oproepingsbrief ontvangen voor de Algemene jaarvergadering van TMVS dv op 21.06.2022, waarin de agenda werd meegedeeld.
De gemeenteraad wordt gevraagd de agenda van de Algemene jaarvergadering goed te keuren en de gemeentelijke afgevaardigde te mandateren.
De gemeenteraad keurt alle punten op de agenda van de Algemene jaarvergadering TMVS dv van 21.06.2022 goed en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
De raad draagt de aangeduide (plaatsvervangend) vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de Algemene jaarvergadering van TMVS dv vastgesteld op 21.06.2022, te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Een afschrift van dit besluit zal per elektronische post aan TMVS dv overgemaakt worden (20220621AVTMVS@farys).
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 29.04.2022 waarbij schepen Nicole Gielen aangewezen werd als vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene vergadering van IGL voor de resterende duurtijd van de huidige legislatuur.
De gemeente is deelnemer van de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg.
Gelet op artikel 35 van de gecoördineerde statuten van de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg.
Op 23.03.2022 werd de oproepingsbrief ontvangen voor de Buitengewone algemene Vergadering van de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg op 23.06.2022 om 18u00 die de volgende agendapunten bevat:
Er zijn geen bezwaren voorhanden om goedkeuring van de agenda te weigeren.
De agenda van de Buitengewone algemene Vergadering van de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg op 23.06.2022 wordt goedgekeurd.
De vertegenwoordiger of bij belet de plaatsvervanger wordt gemandateerd om op vergadering (of op iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen zoals vermeld in het artikel 1 en verder al het nodige te doen voor afwerking van de volledige agenda.
Het College van Burgemeester en Schepenen wordt belast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan de Intercommunale vereniging voor hulp aan Gehandicapten in Limburg.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Ter kennisgeving aan de raadsleden:
De gemeenteraad neemt kennis van:
Burgerlijk wetboek artikel 165/1.
De wet van 19.07.1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een rijksregister van de natuurlijke personen, zoals gewijzigd.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet van 30.05.2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Het decreet van lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoerende besluiten.
Het uitvoeringsbesluit (EU) 2022/382 van 04.03.2022 van de Raad van de Europese Unie tot vaststelling van het bestaan van een massale toestroom van ontheemden uit Oekraïne in de zin van artikel 5 van Richtlijn 2001/55/EG, en tot invoering van tijdelijke bescherming naar aanleiding daarvan.
Het besluit van de gemeenteraad van 13.11.2020 'Retributiereglement op afgifte van administratieve stukken 2021-2025'.
Het besluit van het schepencollege van 30.03.2022 houdende de goedkeuring van een bijzondere vrijstelling van retributie voor Oekraïense vluchtelingen.
Gezien de vluchtelingencrisis uit Oekraïne keurde het schepencollege op 30.03.2022 goed dat voor Oekraïense vluchtelingen en de huisvesters van Oekraïense vluchtelingen een bijzondere vrijstelling van retributie toegestaan wordt op de dossierkost vreemdelingen (dienst Burgerzaken)met ingang vanaf 16.03.2022 (datum eerste aanmelding Oekraïense vluchtelingen in Kortessem) tot 04.03.2023 (eerste vernieuwing verblijfskaart Oekraïense vluchtelingen).
1. Vrijstelling van retributie op dossierkost vreemdelingen (dienst Burgerzaken)
De Europese Unie heeft het bijzonder statuut Tijdelijk Ontheemde geactiveerd om beter een antwoord te kunnen bieden op de vele uitdagingen die de crisis in Oekraïne stelt. Dit betekent dat de vluchtelingen uit Oekraïne geen verzoek om internationale bescherming (voordien asielaanvraag) moeten indienen om hier bescherming te krijgen. Na een registratie met screening in Brussel krijgen zij tijdelijke bescherming in ons land. Concreet krijgen ze een elektronische A kaart voor 1 jaar (verlengbaar). Met die A kaart openen zij alle rechten zoals andere legaal verblijvende vreemdelingen (onder andere equivalent leefloon, aansluiting ziekteverzekering, toegang arbeidsmarkt, Groeipakket, enz.).
Door dit bijzonder statuut worden zij niet in het wachtregister ingeschreven, maar per direct in het vreemdelingenregister. In feite zouden zij aldus hiervoor de kost van de gemeentelijke retributie ten bedrage van € 125,00 euro/volwassene en € 100,00/kind moeten betalen bij aanmelding/inschrijving in de gemeente Kortessem.
Gezien de precaire situatie wordt gevraagd aan het schepencollege om deze kost niet bij de aanmelding/inschrijving in de gemeente Kortessem te laten betalen door de Oekraïense vluchtelingen maar hen vrij te stellen van deze kost en deze, zoals gebruikelijk in een 'normale' asielprocedure, pas aan te rekenen bij het vernieuwen van hun verblijfskaart op 04.03.2023. De vrijstelling is aldus van toepassing van 16.03.2022 (datum eerste aanmelding Oekraïense vluchtelingen in Kortessem) tot 04.03.2023 (eerste vernieuwing verblijfskaart Oekraïense vluchtelingen) en geldt enkel en alleen voor Oekraïense vluchtelingen.
De gemeenteraad wordt gevraagd het besluit van het schepencollege van 30.03.2022 te bekrachtigen.
De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het schepencollege van 30.03.2022 waarbij aan de Oekraïense vluchtelingen die zich aanmelden voor inschrijving in de gemeente Kortessem een bijzondere vrijstelling van de retributie van de kosten voor het aanmaken van een vreemdelingen dossier ten bedrage van € 125/volwassene en € 100/kind verleend wordt. Deze vrijstelling is van toepassing van 16.03.2022 (datum eerste aanmelding Oekraïense vluchtelingen in Kortessem) tot 04.03.2023 (eerste vernieuwing verblijfskaart Oekraïense vluchtelingen) en geldt enkel en alleen voor Oekraïense vluchtelingen. Wanneer op 04.03.2023 de Oekraïense vluchteling die deze vrijstelling heeft verkregen nog steeds in Kortessem vertoeft, zal hij/zij alsnog verzocht worden de gebruikelijke retributie te betalen conform de gebruikelijk asielprocedure (betaling dossierkost bij erkenning asiel).
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan ABB.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
De wet van 17.06.2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17.06.2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het koninklijk besluit van 14.01.2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18.04.2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Het college van burgemeester en schepenen besliste, in zitting van 26.08.2021, om de firma Hub.Co, Tongersesteenweg 381A te 3840 Borgloon, aan te stellen voor de analyse, opmaak, behandeling en uitrol van de overheidsopdracht in het kader van de transformatie naar de Cloudomgeving.
In het kader van de opdracht “Migratie naar Cloudomgeving” werd een bestek met nr. 2022-531 opgesteld door Steve Da Re, Hub.Co, Tongersesteenweg 381A te 3840 Borgloon.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 465.520,00 + € 97.759,20 (21% btw) = € 563.279,20 voor de volledige kosten op vijf jaar. De eenmalige aankoopkost is geraamd op € 36.300,00 incl. btw en de jaarlijkse gebruikskost op € 105.396,40 incl. btw. Hierbij werd rekening gehouden met een onvoorziene kost van 20%.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2022 van het meerjarenplan 2020-2025 op budgetcode 2402000/10/0119/01 - MJP001098 en in het exploitatiebudget van 2022 en de volgende jaren van het meerjarenplan 2020-2025 op budgetcode 6130021/10/0119/01 - MJP001081.
De gemeenteraad keurt het lastenboek, de raming en de gunningswijze voor de opdracht “Migratie naar Cloudomgeving” goed.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
De wet van 28.04.2013 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 13.10.2017 houdende de goedkeuring van de rechtspositieregeling.
Het besluit van het schepencollege van 09.03.2022 aangaande de toetreding tot OFP PROLOCUS- intentieverklaring.
Het besluit van het schepencollege van 30.03.2022 aangaande het aangepast kaderreglement.
Overwegende dat het bestuur de pensioenkloof tussen haar statutair personeel en contractueel personeel wil verkleinen; dat het bijgevolg voorziet in een tweede pensioenpijler voor de totaliteit van haar contractueel personeel.
Overwegende dat tot op heden het bestuur was aangesloten bij de groepsverzekering die na bemiddeling van de VVSG, aangeboden werd door Ethias en Belfius Insurance; dat deze verzekeraars in juni 2021 de lopende groepsverzekeringsovereenkomst per 1 januari 2022 hebben opgezegd.
Overwegende dat het bestuur voor het voorzien in een tweede pensioenpijler de keuze heeft tussen enerzijds een overheidsopdracht voor een groepsverzekering bij een verzekeraar en anderzijds het aansluiten bij een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening (pensioenfonds).
Overwegende dat, na onderhandelingen met de VVSG, OFP PROVANT werd omgevormd tot OFP PROLOCUS (een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening met ondernemingsnummer 0809.537 155), een pensioenfonds waarbij alle lokale besturen van het Vlaamse Gewest kunnen toetreden.
Overwegende dat men door de toetreding bij een IBP meer betrokken is bij het beheer van zijn pensioenfinanciering; dat in tegenstelling tot een groepsverzekering het bestuur een vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS afvaardigt en naast controlebevoegdheid ook de mogelijkheid heeft om – indien nodig - punten op de agenda van de algemene vergadering te zetten. Overwegende dat in tegenstelling tot een groepsverzekering een IBP geen winsten ten voordele van de organisatie zelf nastreeft.
Overwegende dat een IBP ruime beleggingsmogelijkheden heeft, zodat een ruimer rendement mogelijk is dan in een tak 21 verzekering, zonder dat dit enige garantie inhoudt.
Overwegende dat het bestuur kan toetreden tot OFP PROLOCUS zonder overheidsopdracht vermits aan de voorwaarden van een in house opdracht voldaan zijn; dat het bestuur immers ten eerste via de algemene vergadering waar ze lid van wordt, toezicht uitoefent op OFP PROLOCUS zoals op haar eigen diensten; dat ten tweede meer dan 80% van de activiteiten van de OFP PROLOCUS de uitvoering van taken behelst die hem zijn toegewezen door de controlerende overheden, nl. het voorzien in aanvullende pensioenen voor lokale en provinciale besturen; dat er ten derde geen directe participatie van privékapitaal is in de OFP PROLOCUS en dat ten vierde OFP PROLOCUS zelf onderworpen is aan de wetgeving op de overheidsopdrachten.
Overwegende dat OFP PROLOCUS, in het verlengde van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, zwaar zal inzetten op het duurzaam karakter van zijn beleggingen.
Overwegende dat het aanbod van OFP PROLOCUS, net zoals de groepsverzekering die tot eind 2021 werd aangehouden bij Ethias en Belfius Insurance geen werknemersbijdragen vereist, voorziet in een overlijdensdekking en een kapitaalsuitkering.
Overwegende dat de mogelijkheid bestaat van een zogeheten “steprate” bijdrage; dat het dus mogelijk is om op het gedeelte van het loon dat boven het maximumplafond voor de berekening van het wettelijke pensioen uitkomt, een hogere toezegging te doen om zo het verschil tussen een statutair pensioen en een wettelijk pensioen verder te verkleinen.
Overwegende dat er drie soorten pensioenplannen bestaan (defined benefit of vaste prestaties, cash balance en defined contribution of vaste bijdragen); dat de voorgestelde formule een vastebijdragenplan is; dat in dit plan de werkgever belooft een bepaalde bijdrage (een bijdrage uitgedrukt als een percentage van het aan de RSZ onderworpen brutoloon) te betalen zonder vastgesteld rendement; dat de behaalde rendementen worden toegekend conform het kaderreglement.
Overwegende dat het bestuur de vastgestelde bijdrage minimum moet betalen; dat wanneer het wettelijk minimumrendement niet behaald wordt, het bestuur bijkomende bijdragen zal moeten betalen; dat in elk geval voor de aangeslotenen het wettelijk minimum rendement (momenteel 1,75% voor actieve aangeslotenen[1], 0% voor passieve aangeslotenen[2]) moet behaald worden.
Overwegende dat het bestuur als bijkomende veiligheid de eerste vijf jaar, bovenop de middelen nodig voor de pensioentoezegging, voorziet in een extra prefinanciering van 5% om zo de kans op het betalen van bijkomende bijdragen te verkleinen; deze prefinanciering blijft ter beschikking van het bestuur ter financiering van latere bijdragen.
Overwegende dat het bestuur met andere rechtspersonen waarmee ze nauwe banden heeft (AGB’s, OCMW) een MIPS-Groep kan vormen; dat binnen een MIPS-groep interne mobiliteit is voor het personeel zonder dat dit gevolgen heeft voor de pensioentoezegging van het personeelslid; dat er binnen een MIPS-groep een onderlinge solidariteit speelt.
Overwegende dat de kosten voor de werking van OFP PROLOCUS voor 2022 forfaitair worden vastgelegd op € 1000,00 per jaar per werkgever en € 10,00 per jaar per aangeslotene en dat deze bedragen jaarlijks worden geïndexeerd tot en met 2024; overwegende dat nadien een meer stabiel systeem van kostenvergoeding zal worden uitgebouwd, gebaseerd op de werkelijke kosten enerzijds en het werkelijke aantal aangesloten besturen en medewerkers anderzijds.
Gelet op de statuten, de beheersovereenkomst, het financieringsplan (algemeen luik en specifiek luik VVSG), de Verklaring inzake Beleggingsbeginselen (algemeen luik en specifiek luik VVSG), het Kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement, de toetredingsakte.
Gelet op het protocol bekrachtigd in comité C, dd. 30.03.2022.
Overwegende dat in de nodige kredieten voorzien wordt in de meerjarenplanning.
Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 9.03.2022 (intentieverklaring) en van 30.03.2022 (aangepast kaderreglement) om met ingang van 1 januari 2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS en de eraan gekoppelde modaliteiten qua pensioentoezegging.
Overwegende dat verder de intentie geuit werd om met volgende entiteiten een MIPS-groep te vormen (Gemeente Kortessem en OCMW Kortessem) om de interne mobiliteit van het personeel tussen beiden entiteiten te bevorderen.
Overwegende dat de op basis van het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen ingehouden worden door de RSZ en daarna doorgestort worden aan OFP PROLOCUS.
Overwegende dat voormelde intentieverklaring van het college van burgemeester en schepenen en voormelde documenten in het bijzonder onderhandelingscomité van 16.03.2022 besproken werden; dat deze bespreking heeft geleid tot een protocol van akkoord, vanwege ACOD, ACV en VSOA.
Overwegende dat er een vertegenwoordiger moet aangeduid worden om het bestuur te vertegenwoordigen in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS.
Overwegende dat na de beslissing tot toetreding, dit aan OFP PROLOCUS moet meegedeeld worden en dat de algemene vergadering van OFP PROLOCUS de kandidatuur moet goedkeuren:
[1] Een aangeslotene in dienst van het bestuur.
[2] Een aangeslotene die het bestuur verlaten heeft en zijn pensioenreserves in OFP PROLOCUS heeft laten staan.
Er wordt kennis genomen en ingestemd met:
Er wordt kennis genomen van de verklaring inzake beleggingsbeginselen (SIP) (algemeen luik en luik VVSG) en de statuten.
Er wordt beslist om met ingang van 01.01.2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS (Afzonderlijk vermogen VVSG), en hiertoe onverwijld een verzoek tot aanvaarding als lid van de Algemene Vergadering te richten tot OFP PROCOLUS.
Er wordt ingestemd met het feit dat de door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen worden geïnd door de RSZ in naam en voor rekening van OFP PROLOCUS.
De pensioentoezegging bedraagt 3% van het pensioengevend loon.
Het bestuur vormt samen met OCMW Kortessem een zogenaamde MIPS-groep (multi-inrichters pensioenstelsel).
De heer Wouters Alexander (schepen van personeelszaken) wordt afgevaardigd als vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS. De heer Thijsen Tom (burgemeester) wordt aangeduid als vervanger van voorgaande indien hij niet aanwezig kan zijn.
De voorzitter van de Raad en de algemene directeur van OFP PROLOCUS worden gemachtigd om de noodzakelijke vervolgstappen te nemen voor de uitvoering van voormelde beslissingen.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet van 25.04.2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het decreet van 03.05.2019 houdende de Gemeentewegen.
Het besluit van de Vlaamse regering van 27.11.2015 betreffende de omgevingsvergunning.
Het besluit van de Vlaamse regering van 01.06.1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II).
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd bij besluit van de Vlaamse regering van 15.05.2009.
Op 10.02.2022 werd door dhr. Paul De Vis, namens het Ruilverkavelingscomité Jesseren (VLM), een omgevingsaanvraag ingediend, voor de aanleg van een fiets- en wandelverbinding (incl. een beperkte bijkomende inrichting van de recreatieve zone Hemelspark), op de percelen kadastraal gekend als:
Verbinding ten oosten van de N20
Kadastrale ligging | Administratieve ligging | n° |
73101A0000/000000 | Mersenhovestraat | z/n |
73101A0077/00L000 | Mersenhovestraat | z/n |
73101A0077/00K000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73101A0077/00N000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73040C0859/00T000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73040C0939/00Y000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73040C0939/00Z000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73101A0076/00A000 | Paters Van Oostaijenstraat | z/n |
73101A0075/00Z000 | Tongersesteenweg | z/n |
73101A0075/00A002 | Tongersesteenweg | z/n |
Verbinding ten westen van de N20
Kadastrale ligging | Administratieve ligging | n° |
73040D0330/00D000 | Tongersesteenweg | z/n |
73040D0000/000000 | Tongersesteenweg | z/n |
73040D0330/00C000 | Tongersesteenweg | 13 |
73101A0040/00G000 | Tongersesteenweg | z/n |
Hemelspark
73101A0348/00A000 | Tongersesteenweg | z/n |
Het project is gelegen tussen de Tongersesteenweg (N20) en de Mersenhovenstraat. Het Hemelspark werd in het verleden aangekocht door de Vlaamse Landmaatschappij en werd binnen de ruilverkaveling Jesseren heringericht en toebedeeld aan de gemeente Kortessem. Voor de herinrichting werd een natuurspeelplek (speelelementen, speelvijvers, overdekte schuilhut, picknicktafels, wandelpad, …) nagestreefd, met een goed evenwicht tussen de bestaande natuurlijke elementen (bos, water en weide) en nieuw te plaatsen speelelementen en bezoekersvoorzieningen.
Om de bereikbaarheid vanaf het centrum van Kortessem te vergroten, werd voorgesteld om in het kader van het ruilverkavelingsproject een veilige verbindingsweg voor fietsers en wandelaars aan te leggen vanaf de Mersenhovenstraat langs de Winterbeek tot aan de Tongersesteenweg en vervolgens via een beveiligde oversteekplaats naar het Hemelspark.
Op 07.09.2018 werd aan de gemeenteraad een eerste voorstel van het tracé van de paden aansluitend op de oversteekplaats ter goedkeuring voorgelegd.
Op 22.02.2019 werd aan de gemeenteraad het definitieve tracé ter goedkeuring voorgelegd.
Bij de opmaak ervan werd rekening gehouden met:
De omgevingsaanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen, de aanleg van nieuwe wegenis, alsook de opname in het openbaar domein van het fiets- en wandelpad.
Het fiets- en wandelpad heeft volgende karakteristieken:
Een ontwerp van rooilijnplan werd aan het aanvraagdossier toegevoegd, met de belofte tot opmaak van een “akte van erfdienstbaarheid van openbaar nut” m.b.t. de percelen 73040D0330/00C000 en 73040D0330/00D00. De overige percelen zijn in eigendom van de aanvrager, worden overgedragen aan de gemeente en zullen opgenomen worden in het openbaar domein.
De gemeenteraad moet in toepassing van artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, als zijnde een uitdrukkelijk aan haar voorbehouden bevoegdheid in de zin van artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur, een beslissing nemen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, alvorens de vergunningverlenende overheid (in dit geval de deputatie) een beslissing kan nemen over de totaliteit van de omgevingsaanvraag.
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek dat gehouden werd van 18/02/2022 tot en met 19/03/2022. Tijdens dit openbaar onderzoek werden vijf (5) bezwaren en of opmerkingen ingediend.
Bespreking van de bezwaren:
Beoordeling van de bezwaren: De aanleg van de nieuwe wegenis brengt voor geen enkel perceel de ontsluiting naar het openbaar domein in het gedrang. Aan de overige bezwaren (m.b.t. privacy en allerhande vormen van hinder) kan tegemoet gekomen worden door het opleggen van voorwaarden in de omgevingsvergunning.
Het komt evenwel niet aan de gemeenteraad toe, om zich uit te spreken over het al dan niet verenigbaar karakter van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening en de overeenstemming met de planologische bestemmingsvoorschriften. De gemeenteraad kan enkel een uitspraak doen over de zaak van wegen, zonder zich over de vergunningsaspecten te mogen buigen.
Overeenkomstig artikel 12,§2. van het decreet Gemeentewegen kan de wijziging van een gemeenteweg met toepassing van artikel 31 van het Omgevingsvergunningsdecreet opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen. Dit op voorwaarde dat een rooilijnplan aan het aanvraagdossier wordt toegevoegd, dat voldoet aan de vereisten zoals gesteld voor gemeentelijke rooilijnplannen.
De aanvrager maakt gebruik van deze geïntegreerde vergunningsprocedure om, naast de stedenbouwkundige handelingen, ook de opname van het nieuwe fiets- en wandelpad in het openbaar domein aan te vragen.
Het aanvraagdossier bevat een rooilijnplan, dat voldoet aan artikel 16,§2. van het decreet Gemeentewegen. Zodoende voldoet de aanvraag aan de vereisten van het decreet Gemeentewegen en is de voorwaarde vervuld om de geïntegreerde procedure te hanteren.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, breedte en de uitrusting van de gemeenteweg en de eventuele opname ervan in het openbaar domein. De gemeenteraad houdt hierbij rekening met de principes en doelstellingen uit het decreet gemeentewegen:
Het is in het licht van deze principes en doelstellingen dat de beoogde vestiging van een nieuwe weg wordt behandeld:
Bijgevolg draagt onderhavige aanvraag bij aan de uitbouw van een veilig wegennet, alsook aan de inrichting van een fijnmazig netwerk van trage wegen. Dit komt zowel het algemeen belang, alsook de verkeersveiligheid ten goede. De ontsluiting van aangrenzende percelen komt niet in het gedrang. De aangevraagde fiets- en wandelverbinding is in overeenstemming met de doelstellingen en principes uit het decreet van 03/05/2019 houdende de Gemeentewegen.
De gemeenteraad neemt kennis van het openbaar onderzoek en stelt vast dat er vijf (5) bezwaren en of opmerkingen ingediend werden. De gemeenteraad besluit dat deze bezwaren en opmerkingen voor wat betreft de zaak der wegen ontvankelijk maar ongegrond zijn.
De gemeenteraad keurt de ligging, breedte en uitrusting van de nieuwe gemeenteweg goed, alsook de opname ervan in het openbaar domein.
De gemeenteraad keurt het rooilijnplan “verbinding Hemelspark” opgemaakt door landmeter-expert G. Gilissen goed en stelt hierbij de ligging van de nieuwe wegenis vast.
De gemeenteraad keurt de belofte inzake het vestigen van een erfdienstbaarheid van openbaar nut op de percelen 73040D0330/00C000 en 73040D0330/00D00 goed.
Tegen dit besluit van de gemeenteraad kan binnen de 30 dagen in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. De procedure van dit beroep verloopt volgens art. 31/1 van het Omgevingsdecreet.
Dit besluit van de gemeenteraad is nietig wanneer:
Het decreet van 25.04.2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het decreet van 03.05.2019 houdende de gemeentewegen.
Het besluit van de Vlaamse regering van 27.11.2015 betreffende de omgevingsvergunning.
Het besluit van de Vlaamse regering van 01.06.1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (VLAREM II).
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd bij besluit van de Vlaamse regering van 15.05.2009.
Op 24.09.2021 werd door Patrick Born, wonende in de Grunnestraat 30 te 3700 Tongeren, een omgevingsaanvraag ingediend, voor het bouwen van een woning op het perceel, kadastraal gekend als: Kortessem 3de afdeling, sectie B, perceelnr. 644L.
Bovengenoemd perceel is gelegen in Vliermaalroot, een deelgemeente van Kortessem, langs de Bornstraat.
De omgevingsaanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen, alsook een aanpassing van de breedte van de Bornstraat t.h.v. perceel 73091B0664/00L000, daar het genoemde perceel anders volgens de geldende voorschriften onbebouwbaar is. De oude rooilijn van Chemin n° 8, cfr. de Atlas der Buurtwegen, wordt teruggebracht tot de huidige “feitelijke” ligging van de Bornstraat. Het voorstel van nieuwe rooilijn strekt er bijgevolg toe om voldoende ruimte te creëren voor de bouw van een open eengezinswoning.
De gemeenteraad moet in toepassing van artikel 31 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning als zijnde een uitdrukkelijk aan haar voorbehouden bevoegdheid in de zin van artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur een beslissing nemen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, alvorens de vergunningverlenende overheid (in dit geval het college van burgemeester en schepenen) een beslissing kan nemen over de totaliteit van de omgevingsaanvraag.
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek dat gehouden werd van 24.12.2021 tot en met 22.01.2022. Tijdens dit openbaar onderzoek werden geen bezwaren en of opmerkingen ingediend.
In het kader van deze aanvraag werd advies gevraagd aan de dienst Mobiliteit van de gemeente Kortessem. Het advies dd. 12.01.2022 stelt dat “de voorgelegde plannen kunnen goedgekeurd worden aangaande de verplaatsing van de rooilijn van de chemin n°8 ter hoogte van het bouwperceel kadastraal gekend als 73091B0664/00L000”.
Overeenkomstig artikel 12,§2. van het decreet Gemeentewegen kan de wijziging van een gemeenteweg met toepassing van artikel 31 van het Omgevingsvergunningsdecreet opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen. Dit op voorwaarde dat een rooilijnplan aan het aanvraagdossier wordt toegevoegd, dat voldoet aan de vereisten zoals gesteld voor gemeentelijke rooilijnplannen.
De aanvrager maakt gebruik van deze geïntegreerde vergunningsprocedure om, naast de stedenbouwkundige handelingen, ook de wijziging van de Bornstraat ter hoogte van zijn perceel aan te vragen. Het nieuwe ontwerp laat de rooilijn aan weerszijden tot op 2,50 meter van de rand van de Bornstraat komen, die op deze locatie een breedte van 5,00 meter heeft.
De vrije ruimte van 2,50 meter aan weerzijden van het wegsegment wordt aan het openbaar domein overgedragen en is voldoende groot voor de aanleg van nutsvoorzieningen of voor eventuele voorzieningen voor trage weggebruikers.
Het aanvraagdossier bevat een rooilijnplan, dat voldoet aan artikel 16,§2. van het decreet Gemeentewegen. Zodoende voldoet de aanvraag aan de vereisten van het decreet Gemeentewegen en is de voorwaarde vervuld om de geïntegreerde procedure te hanteren.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, breedte en de uitrusting van de gemeenteweg en de eventuele opname ervan in het openbaar domein. De gemeenteraad houdt hierbij rekening met de principes en doelstellingen uit het decreet gemeentewegen:
Overeenkomstig art. 4,1° van het decreet Gemeentewegen dienen wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste te staan van het algemeen belang. Wat in casu niet het geval is.
Gezien het gelijkheidsbeginsel dienen dezelfde rechten en plichten toegekend te worden aan alle percelen gelegen langs weerzijden van de Bornstraat. Het is dan ook aan de gemeente Kortessem om de ligging én de breedte van de Bornstraat over haar volledige lengte vast te leggen in een gemeentelijk rooilijnplan.
De gemeenteraad neemt kennis van het openbaar onderzoek en stelt vast dat er geen bezwaren en of opmerkingen ingediend werden.
De gemeenteraad keurt de ligging van de nieuwe rooilijn van de Bornstraat t.h.v. perceel 73091B0664/00L000 goed.
De gemeenteraad geeft aan het college van burgemeester en schepenen de opdracht om een expert-landmeter aan te stellen om binnen het jaar een rooilijnplan op te maken, waarbij de ligging en de breedte van de Bornstraat over haar volledige lengte vastgesteld wordt.
De aangestelde expert-landmeter zal bijkomend, voor de volledige lengte van de Bornstraat, en voor elk perceel belast met een verplaatsing van de rooilijn, overgaan tot een waardebepaling van de meer- of minwaarde.
De ligging van de nieuwe rooilijn en de waardebepaling van de meer- of minwaarden worden vervolgens voorgelegd aan de gemeenteraad ter goedkeuring van uitvoering.
De aanvragers van de omgevingsvergunning OMV202100122 worden in kennis gesteld van deze bovenvernoemde procedure en de mogelijkheid tot bestaan van enige min- of meerwaarde van hun perceel, berekend door de expert-landmeter aangesteld door het college. Deze kennisgeving wordt medegedeeld via de al dan niet verleende omgevingsvergunning.
Tegen dit besluit van de gemeenteraad kan binnen de 30 dagen in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. De procedure van dit beroep verloopt volgens art. 31/1 van het Omgevingsdecreet.
Dit besluit van de gemeenteraad is nietig wanneer:
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de gemeenteraad van 07.09.2018 aangaande het tracé, de innames en de innamekosten.
Het besluit van de gemeenteraad van 22.02.2019 aangaande het definitieve tracé, de innames en de innamekosten.
Op 11.02.2022 ontvangt de gemeente Kortessem een aanvraag tot definitieve belofte van toelage van de Vlaamse LandMaatschappij aangaande de uitvoering van het project "ruilverkaveling Jesseren : verbinding Hemelspark - oversteek N20" nr LIM/2021/RVK10061_025/01.
In de gemeenteraadszitting van 07.09.2018 werd goedkeuring gehecht aan het voorgestelde tracé, de benodigde innames en de geraamde innamekosten ter realisatie van de verbindingsweg tussen het Hemelspark en de Oud Mersenhovenstraat met dien verstande dat tot de hoogte van de achterzijde van de woning op perceel 75S het tracé in de mate van het mogelijke wordt opgeschoven naar perceel 75G en zo mogelijk te paard wordt gelegd tussen de percelen 75G-75A.
In de gemeenteraadszitting van 22.02.2019 werd goedkeuring verleend aan het definitieve tracé, de benodigde innames en de geraamde innamekosten ter realisatie van de verbindingsweg.
Het betreffende tracé werd toegevoegd in bijlage.
De Vlaamse LandMaatschappij organiseerde een aanbesteding, waarvan de documenten worden toegevoegd in bijlage.
De totale kostprijs voor dit project bedraagt € 440.896,58, waarvan het aandeel van de gemeente Kortessem € 222.316,38 bedraagt.
Er wordt voorgesteld aan de gemeenteraad om goedkeuring te verlenen aan de definitieve belofte van toelage voor het project van de VLM "ruilverkaveling Jesesseren, verbinding Hemelspark - Oversteek N20, voor een bedrag van € 222.316,38.
De gemeenteraad verleent een definitieve belofte van toelage aan de VLM voor het project "ruilverkaveling Jesseren: verbinding Hemeslpark - oversteek N20", voor een bedrag van € 222.316,38.
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan Ive Schepers, VLM.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het decreet houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, dat een regelgevend kader biedt voor de integratie van sociale verhuurkantoren en sociale huisvestingsmaatschappijen tot woonmaatschappijen.
Het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de 'Vlaamse Codex Wonen van 2021' van 11.09.2020.
Het besluit van de gemeenteraad van 08.10.2021 - 'Wonen - Afbakening werkingsgebieden voor de vorming van de toekomstige woonmaatschappij - Goedkeuring'.
Het Vlaams Regeerakkoord bepaalt dat tegen 01.01.2023 sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren samengevoegd worden tot één woonactor met maar één speler per gemeente: de woonmaatschappij. Elke woonmaatschappij moet in een uniek, niet-overlappend werkingsgebied opereren. Om deze werkingsgebieden te bepalen, krijgt het lokale bestuur een trekkersrol.
Lokale besturen uit het werkingsgebied krijgen de belangrijkste stem in het strategische beleid van de woonmaatschappij, wat in eerste instantie in de algemene vergadering wordt bepaald. Bij de verdeling van de stemrechten moeten zij minstens over 50% +1 van de stemrechten beschikken.
De onderlinge verdeling van de stemrechten moet gebeuren op basis van objectieve criteria in functie van het sociaal woonbeleid. Indien de betrokken gemeenten geen voorstel indienen, zal de Vlaamse Regering een verdeling bepalen op basis van objectieve criteria.
In het document 'REGELGEVEND - EN IMPLEMENTATIETRAJECT WOONMAATSCHAPPIJEN' van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) wordt voorgesteld om de verdeling van de stemrechten te bepalen op basis van het gewogen gemiddelde van de volgende drie componenten, zoals die bekend waren op 31.12.2019:
De gemeenteraad sluit zich aan bij de verdeling van de stemrechten tussen de lokale besturen, zoals opgenomen in het document 'REGELGEVEND - EN IMPLEMENTATIETRAJECT WOONMAATSCHAPPIJEN' van de VMSW.
De gemeenteraad heeft zich reeds op 08.10.2021 akkoord verklaard om de stemrechten tussen de lokale besturen te verdelen op basis van de drie bovenvermelde componenten.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd dit advies te hernieuwen of bij te stellen indien gewenst.
De gemeenteraad adviseert om de stemrechten tussen de lokale besturen te verdelen op basis van het gewogen gemiddelde van de volgende drie componenten, zoals die bekend waren op 31.12.2019:
Deze beslissing wordt via mail overgemaakt aan woonmaatschappij@vmsw.be.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het collegebesluit dd. 26.08.2021 aangaande de engagementsverklaring tot kernpartner in het dossier ter indiening van Hart van Haspengouw
In het Vlaams Regeerakkoord 2019-2024 staat de ambitie om de oprichting van enkele 'Landschapsparken' en 'Nationale Parken Vlaanderen' te realiseren. Bij de Landschapsparken ligt de klemtoon op landschapskwaliteit en de verschillende functies van het gebied, bij de Nationale parken ligt de klemtoon op natuur en biodiversiteit. In een Landschapspark gaan landschapsontwikkeling, recreatie, natuur, erfgoed, landbouw, wonen, bedrijvigheid en toerisme hand in hand.
Op 21.04.2021 lanceerde Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir de oproep voor kandidaat Nationale parken en landschapsparken.
In de collegezitting van 26.08.2021 werd door het college van Burgemeester en schepenen van Kortessem goedkeuring verleend aan de engagementsverklaring waarbij de gemeente Kortessem zich officieel engageert als kernpartner (deel uitmakende van het kerngebied van het vooropgestelde landschapspark) ten aanzien van de kandidatuur van Haspengouw voor de oprichting en erkenning als Vlaams landschapspark, waarbij het RLHVV als coördinerende partner in het proces wordt aangeduid.
Het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren bereidde in 2021 het aanvraagdossier voor en diende 15 september 2021 samen met een ruime gebiedscoalitie een kandidatuur in voor Landschapspark ‘Hart van Haspengouw’ aan de hand van een conceptnota.
Het volledige dossier werd begin 2022 geselecteerd om door te gaan naar de volgende ronde.
Tijdens de 2de fase moet een masterplan uitgewerkt worden en een operationeel plan voor 5 jaar. De kandidaten worden hiervoor inhoudelijk en financieel ondersteund (zogenaamd begeleidingstraject) en hebben een budget van 100.000 euro ter beschikking. Eind maart 2023 moeten deze plannen worden ingediend en start de derde fase met name de beoordelingsfase.
Het Regionaal landschap is bereid dit traject de komende periode verder te trekken.
Om een masterplan en operationeel plan op maat van de streek te maken, is input nodig van alle betrokken actoren, waaronder de gemeenten.
De gemeenteraad wordt gevraagd de conceptnota "landschapspark hart van Haspengouw" goed te keuren.
De inhoud van de managementnota (samenvatting conceptnota) voor het landschapspark ‘Hart van Haspengouw’ wordt goedgekeurd door de gemeenteraad. Deze nota MN_hartvanhaspengouw.pdf maakt integraal deel uit van dit besluit.
Het Regionaal landschap Haspengouw en Voeren krijgt het mandaat om het traject naar het verkrijgen van het label ‘landschapspark’ uit te werken en te trekken.
De gemeente vaardigt schepen Donald Martens af om te zetelen in de stuurgroep. Vanuit de gemeente wordt de deskundige milieu afgevaardigd om 2 dagen per maand mee te werken in de werkgroepen.
De gemeente engageert zich om de ambitie tot de erkenning tot landschapspark actief mee uit te dragen naar haar bevolking en haar communicatiekanalen mee in te zetten in functie van het participatietraject.
Dit besluit blijft geldig tot andersluidende gemeenteraadsbeslissing.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, meer bepaald artikel 4.2.1, 7°.
Het besluit van de gemeenteraad van 13.11.2020 aangaande de retributie voor de aflevering van administratieve stukken.
Gezien de vluchtelingencrisis uit Oekraïne hebben heel wat burgers van Kortessem zich inmiddels aangemeld als kandidaat-huisvester voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen.
Op 25.03.2022 verstuurde het departement Omgeving een nota betreffende de mogelijkheden die de regelgeving Ruimtelijke Ordening biedt inzake de opvang van Oekraïense vluchtelingen. Hieruit blijkt dat de stedenbouwkundige wetgeving daarom voorziet dat men de tijdelijke huisvesting van vluchtelingen en de noodopvang van gezinnen bij particuliere gezinnen in veel gevallen en onder een aantal voorwaarden kan melden via het Omgevingsloket. Immers, indien deze burgers effectief vluchtelingen gaan opvangen en hiervoor een aparte woonentiteit binnen hun woning aanbieden (afzonderlijke keuken, badkamer, ...), dan zijn ze wettelijk verplicht hiervan een melding te maken via omgevingsloket (artikel 4.2.1, 7° Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening).
Het beschouwd worden als afzonderlijke gezinnen brengt met zich mee dat beide gezinnen afzonderlijk worden belast. Het opvangen van vluchtelingen (een gezin, of een alleenstaande) heeft hierdoor geen nadelig effect op sociale uitkeringen of sociale voordelen zoals bv. studietoelagen, werkloosheidsuitkering,....
Het melden van stedenbouwkundige handelingen is in het huidige retributiereglement voor de aflevering van administratieve stukken, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 13.11.2020, opgenomen. De melding van een stedenbouwkundige handeling bedraagt € 50,00. Dezelfde prijs wordt aangehouden voor de afmelding.
Gezien de precaire situatie wordt gevraagd aan de gemeenteraad om de huisvester van Oekraïense vluchtelingen van deze kost vrij te stellen, gezien dit kadert in de door de overheid gevraagde hulpverlening ten behoeve van opvang van Oekraïense vluchtelingen. Deze vrijstelling is van toepassing van 16.03.2022 (datum eerste aanmelding Oekraïense vluchtelingen in Kortessem) tot 04.03.2023 (eerste vernieuwing verblijfskaart Oekraïense vluchtelingen) en enkel en alleen van toepassing voor de huisvester van Oekraïense vluchtelingen.
ABB heeft in haar advies laten weten hierin soepel op te treden gezien deze vrijstelling aanleunt bij de inspanningen van de overheid om de ontvangst van de Oekraïense vluchtelingen en de opvang door hun huisvesters zo gastvrij en vlot mogelijk te laten verlopen.
De gemeenteraad wordt gevraagd goedkeuring te verlenen aan de vrijstelling van retributie op de melding in het omgevingsloket aangaande de opvang van Oekraïense vluchtelingen bij gastgezinnen.
De gemeenteraad geeft aan de huisvester van Oekraïense vluchtelingen een vrijstelling van de kost melding omgevingsloket (opvang in aparte woonentiteit) ten bedrage van € 50,00 / aanvang opvang en € 50,00 / einde opvang, gezien dit kadert in de door de overheid gevraagde hulpverlening ten behoeve van opvang van Oekraïense vluchtelingen.
Deze vrijstelling is van toepassing van 16.03.2022 tot 04.03.2023 en enkel en alleen voor de huisvester van Oekraïense vluchtelingen.
Dit besluit wordt bekend gemaakt conform de bepalingen van het DLB.