De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De notulen van de OCMW-raad van 28.01.2022 worden ter goedkeuring aan de OCMW-raad voorgelegd.
De notulen van de OCMW-raad van 28.01.2022 worden goedgekeurd.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 22.02.2019 waarbij het reglement klachtbehandeling werd goedgekeurd, met ingang vanaf 01.03.2019.
Op 22.02.2019 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn het reglement klachtbehandeling goed, dewelke in werking trad op 01.03.2019.
Het reglement stelt dat jaarlijks aan de raad voor maatschappelijk welzijn gerapporteerd wordt over de klachten ingediend tegen het OCMW (met uitzondering van persoonsgebonden gegevens).
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het feit dat er in 2021 één klacht tegen het OCMW werd ingediend cfr. het reglement klachtbehandeling, dewelke binnen de termijnen zoals bepaald in het reglement, afgehandeld werd door de klachtencoördinator en de klachtenbehandelaar en als ongegrond beschouwd werd.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat er in 2021 één klacht tegen het OCMW werd ingediend cfr. het reglement klachtbehandeling, het gegeven dat deze binnen de termijnen zoals bepaald in het reglement, afgehandeld werd door de klachtencoördinator en de klachtenbehandelaar en als ongegrond beschouwd werd.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28.05.2021 houdende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, in zonderheid artikel 38 §2.
Ingevolge artikel 38 §2 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd door de raad op 28.05.2021, "kunnen OCMW-raadsleden, met inbegrip van het vast bureau, de kosten van studiedagen of vormingscursussen (ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG), terugvorderen van het OCMW, voor zover deze cycli of studiedagen noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat".
Jaarlijks rapporteert de Algemeen directeur alle (geweigerde) terugbetalingen aan raadsleden, ter kennisname aan de OCMW-raad.
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het feit dat er voor 2021 geen terugbetalingen van studiedagen en vormingscursussen aan raadsleden gebeurd zijn en dat geen aanvragen tot terugbetaling geweigerd werden.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat er voor 2021 geen terugbetalingen van studiedagen en vormingscursussen aan raadsleden gebeurd zijn en dat geen aanvragen tot terugbetaling geweigerd werden.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Ter kennisgeving aan de raadsleden:
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van:
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De Financieel directeur dient minstens éénmaal per jaar in volle onafhankelijkheid te rapporteren aan de OCMW-raad, over de uitvoering van haar taak van voorafgaande controle van de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen beslissingen.
Zij dient een afschrift van dat rapport ter beschikking te stellen aan het vast bureau, de Algemeen directeur en de externe auditcommissie.
De Financieel directeur legt een rapport voor van alle dossiers waarvoor bij haar een visum werd aangevraagd in 2021.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het rapport van de financieel directeur inzake de voorafgaande controle van de wettigheid en de regelmatigheid van de voorgenomen verbintenissen gedurende het dienstjaar 2021.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 26.04.2019 - Indexering princiepsbeslissingen sociale dienst met ingang van 01.04.2019.
In de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 26.04.2019 werden de bedragen van de verschillende princiepsbeslissingen omtrent het toekennen van financiƫle steun voorgesteld en goedgekeurd voor een periode van drie jaar.
De Sociale dienst vraagt de Raad voor Maatschappelijk Welzijn om de steunbedragen te behouden, omdat de verhoging van 2% te klein is. Vanaf 01.04.2022 blijven de steunbedragen voor een periode van drie jaar behouden, voor volgende uitkeringen:
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd zich akkoord te verklaren met het voorstel van de Sociale dienst tot verhoging van de steunbedragen met 2%.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt het voorstel van de Sociale dienst, omdat de verhoging van 2% te klein is, de bedragen van het wekelijks leefgeld, en de dringende steun vanaf 01.04.2022, voor een periode van drie jaar, toepasbaar voor volgende uitkeringen te behouden:
Voornoemde beslissing wordt voor verdere uitwerking overgemaakt aan de Sociale dienst, en de dienst Financiën.