De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De notulen van de OCMW-raad van 18.12.2020 worden ter goedkeuring aan de OCMW-raad voorgelegd.
De notulen van de OCMW-raad van 18.12.2020 worden goedgekeurd.
Op 22.02.2019 keurde de raad voor maatschappelijk welzijn het reglement klachtbehandeling goed, dewelke in werking trad op 01.03.2019.
Het reglement stelt dat jaarlijks aan de raad voor maatschappelijk welzijn gerapporteerd wordt over de klachten ingediend tegen het OCMW (met uitzondering van persoonsgebonden gegevens).
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het feit dat er in 2020 geen klachten tegen het OCMW werden ingediend cfr. het reglement klachtbehandeling.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 22.02.2019 waarbij het reglement klachtbehandeling werd goedgekeurd, met ingang vanaf 01.03.2019.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat er in 2020 geen klachten tegen het OCMW werden ingediend cfr. het reglement klachtbehandeling.
Ingevolge artikel 38 §2 van het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd door de raad op 24.04.2020, "kunnen OCMW-raadsleden, met inbegrip van het vast bureau, de kosten van studiedagen of vormingscursussen (ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG), terugvorderen van het OCMW, voor zover deze cycli of studiedagen noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat".
Jaarlijks rapporteert de Algemeen directeur alle (geweigerde) terugbetalingen aan raadsleden, ter kennisname aan de OCMW-raad.
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het feit dat er voor 2020 geen terugbetalingen van studiedagen en vormingscursussen aan raadsleden gebeurd zijn en dat geen aanvragen tot terugbetaling geweigerd werden.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd door de raad voor maatschappelijk welzijn op 24.04.2020, in zonderheid artikel 38 §2.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat er voor 2020 geen terugbetalingen van studiedagen en vormingscursussen aan raadsleden gebeurd zijn en dat geen aanvragen tot terugbetaling geweigerd werden.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Ter kennisgeving aan de raadsleden:
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van:
De jaarrekening 2019 van gemeente en OCMW werd door de respectievelijke raden vastgesteld op 28.08.2020.
De jaarrekening werd aan Agentschap Binnenlands Bestuur verstuurd ter goedkeuring en werd geregistreerd onder dossiernummer LF-JRBBC-20.1647.
De jaarrekening werd goedgekeurd. Het besluit van de gouverneur wordt ter kennisname voorgelegd aan de respectievelijke raden.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, artikel 332 §1, derde lid.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Het Ministerieel Besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
De OCMW-raad neemt kennis van de goedkeuring van de jaarrekening 2019 door het Agentschap Binnenlands Bestuur.
De woning gelegen Tongersesteenweg 2 te 3720 Kortessem werd op 23.05.2017 opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister (ref. gemeente LS2017-012).
Op 11.12.2020 heeft notaris Stefan D'Huys, Dorpsstraat 1, 3720 Kortessem, een dossier aangeboden via het e-voorkooploket van de Vlaamse Landmaatschappij betreffende een woning gelegen Tongersesteenweg 2, 3720 Kortessem, voor een bedrag van 210.000 euro.
Het recht van voorkoop in kader van de Vlaamse wooncode heeft tot doel de begunstigden ervan in staat te stellen bepaalde woningen en percelen welke bestemd zijn voor woningbouw te verwerven om die vervolgens aan te wenden om sociale huur- of koopwoningen of sociale kavels te realiseren.
In juli 2020, werden de resultaten van de tweejaarlijkse voortgangstoets van Wonen Vlaanderen bekend gemaakt. Kortessem heeft het bindend sociaal object (BSO) nog niet behaald, maar zal het behalen op basis van de geplande projecten (inbreiding wijk Haechent, project in Guigoven en de verbouwing van de pastorij in Vliermaal) en het bestaande sociaal huuraanbod (SVK woningen), waardoor het niet noodzakelijk is om woningen te verwerven om aan te wenden als sociale huur- of koopwoningen of sociale kavel.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 06.10.1998 houdende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen (art.27 t.e.m. 30).
Het decreet van 15.07.1997 houdende de Vlaamse Wooncode (art. 85 t.e.m. 89).
Het decreet van 25.05.2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten.
Het decreet van 27.03.2009 houdende het grond- en pandenbeleid.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 06.10.1998 houdende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen (art.27 t.e.m. 30).
De Vlaamse codex ruimtelijke ordening (art.2.4.1 en 2.4.2).
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het aanbiedingsdossier met ref. 129749 , ‘Recht van Voorkoop - Vlaamse Wooncode’ waarvan gemeente Kortessem de begunstigde is.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn beslist om het recht van voorkoop betreffende vermelde eigendom, met adres Tongersesteenweg 2 te 3720 Kortessem niet uit te oefenen.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13.11.2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
In de fase van de COVID-19-crisis waarin we ons momenteel bevinden, is een cruciale rol weggelegd voor contactonderzoek en bronopsporing.
Ter ondersteuning van de centrale contactopsporing heeft de Vlaamse Regering op 16.10.2020 de lokale besturen gemobiliseerd om complementair in te zetten op preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantaine-coaching en lokaal contactonderzoek.
De contouren werden verder uitgewerkt in het Besluit van de Vlaamse Regering van 13.11.2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
Wat de aard van de engagementen betreft, kunnen lokale besturen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 13.11.2020 kiezen tussen de volgende opties:
De lokale besturen werken in al deze opdrachten ondersteunend en/of aanvullend op de werking van de COVID-19-teams binnen de zorgraden alsook op de werking van de centrale contactcenters.
De lokale besturen worden gesubsidieerd voor het opnemen van complementaire engagementen als volgt:
Het bestuur wil, na overleg met alle betrokken diensten, complementair inzetten op optie 1.
Hiertoe wordt een samenwerkingsovereenkomst opgesteld met het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.
Bij deze samenwerkingsovereenkomst worden volgende documenten als bijlage gevoegd:
Het opnemen van deze engagementen geschiedt met inachtneming van de bescherming van de privacy van de burgers, zoals onder meer gewaarborgd door de algemene verordening gegevensbescherming (AVG).
Het bestuur zorgt voor de nodige capaciteit en middelen om dit engagement kwaliteitsvol op te nemen. De engagementen die de gemeente opneemt, doen geen afbreuk aan de engagementen die de gemeente in de bestrijding van de coronapandemie reeds opgenomen worden binnen de werking van de ELZ. Integendeel, ze zijn bedoeld om deze werking nog te versterken.
Artikel 191 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie verankert het voorzorgsbeginsel in het kader van het beheer van internationale gezondheidscrisissen en van de actieve voorbereiding van zulke potentiële crisissen. Dit beginsel houdt in dat, wanneer een ernstig risico hoogstwaarschijnlijk werkelijkheid zal worden, het aan de overheid is om dringende en voorlopige maatregelen te nemen.
Gelet op de oproep van de Vlaamse Regering van 16.10.2020, verankerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 13.11.2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, aan alle Vlaamse gemeenten om aanvullend en ondersteunend aan de reeds bestaande initiatieven bijkomende engagementen op te nemen in deze strijd.
De complementaire engagementen worden opgenomen in het kader van de bestrijding van de COVID-19-pandemie, meer in het bijzonder in het kader van het verder beheersen van de tweede golf en het proberen vermijden van een derde golf.
Om te kunnen op opstarten is de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst met bijlagen vereist. Op basis daarvan ontvangt het bestuur tevens de nodige accounts voor van de verschillende platformen.
De nodige stukken hiertoe werden sedert 07.12.2020 door de Vlaamse overheid ter beschikking gesteld, zodat vanuit de besturen niet vroeger kon worden geagendeerd/gereageerd.
Gezien de dringende noodzakelijkheid, die niet toeliet te wachten tot de eerstvolgende Raad voor Maatschappelijk Welzijn omwille van de noodzaak om engagementen onmiddellijk te kunnen opnemen i.h.k.v. deze pandemie, werd deze besluitname reeds op 21.01.2021 voorgelegd aan het vast bureau. De hoogdringendheid blijkt uit de epidemiologische resultaten voor Vlaanderen, die van dag op dag evolueren. Omwille van deze hoogdringendheid nam het vast bureau het besluit tot ondertekening van de voorliggende samenwerkingsovereenkomst en bijlagen, onder voorbehoud van bekrachtiging van onderhavig besluit door de eerstvolgende Raad voor Maatschappelijk Welzijn waarop dit dossier rechtsgeldig kan worden geagendeerd.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd het besluit van het vast bureau van 21.01.2021 te bekrachtigen.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het besluit van de Vlaamse Regering van 13.11.2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn bekrachtigt het besluit van het Vast bureau van 21.01.2021 waarbij de samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Agentschap Zorg en Gezondheid houdende het opnemen van complementaire engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 13.11.2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19 pandemie te versterken, goedgekeurd werd.