De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De notulen van de OCMW-raad van 19.11.2021 worden ter goedkeuring aan de OCMW-raad voorgelegd.
De notulen van de OCMW-raad van 19.11.2021 worden goedgekeurd.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22.12.2017, in zonderheid artikel 42, 90, 92 en 96.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 15.01.2019 aangaande de verkiezing van de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst.
Op 03.01.2019, uiterlijk 8 dagen voor de installatievergadering van de gemeenteraad, werd een akte van voordracht van kandidaat-voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD) op naam van Ria Steegmans overhandigd aan de Algemeen directeur.
De akte van voordracht van kandidaat-voorzitter maakte melding van 31.12.2021 als einddatum van het mandaat en van Nicole Gielen als opvolger voor de resterende duurtijd van het mandaat.
De Algemeen directeur overhandigde de akte van voordracht aan de voorzitter van de eerste vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn. De voorzitter stelde vast dat de akte van voordracht ondertekend werd door meer dan de helft van de verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen en door een meerderheid van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen kandidaat werden verkozen. De akte van voordracht was bijgevolg ontvankelijk.
De raad voor maatschappelijk welzijn nam op 15.01.2019 kennis van de tijdige en ontvankelijke akte van voordracht van kandidaat-voorzitter van het BCSD. Mevr. Ria Steegmans werd verkozen verklaard als voorzitter van het BCSD met ingang van 15.01.2019 tot 31.12.2021.
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het feit dat mevr. Nicole Gielen vanaf 01.01.2022 van rechtswege het mandaat van voorzitter van het BCSD zal opnemen.
Mevr. Gielen voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden en zij bevindt zich niet in één van de gevallen van onverenigbaarheid zoals vermeld in artikel 10 van het Decreet Lokaal Bestuur.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het feit dat mevr. Ria Steegmans, voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst gedurende de periode van 15.01.2019 tot 31.12.2021, vanaf 01.01.2022 van rechtswege opgevolgd wordt door mevr. Nicole Gielen.
Mevr. Gielen wordt verzocht de eed af te leggen in handen van de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen.". Die eedaflegging geldt ook als eedaflegging voor haar mandaat als schepen als vermeld in artikel 42, § 1, derde lid van het Decreet Lokaal Bestuur.
Mevr. Nicole Gielen wordt lid van het vast bureau (en schepen) vanaf 01.01.2022.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
De wet van 17.06.2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies en latere wijzigingen.
De wet van van 17.06.2016 inzake overheidsopdrachten.
De wet van 17.06.2016 betreffende de concessieovereenkomsten.
De wet van 31.07.2017 houdende diverse financiële en fiscale bepalingen en houdende maatregelen inzake concessieovereenkomsten.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, inzonderheid de artikelen 78 en 84.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het KB van 14.01.2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en latere wijzigingen.
Het KB van 18.04.2017 aangaande plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren.
Het KB van 25.06.2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten.
Het besluit van het managementteam van 30.11.2021 houdende de goedkeuring van het 'Reglement tot vaststelling van het begrip "dagelijks bestuur", tot vaststelling van de bevoegdheden die door de gemeenteraad gedelegeerd worden aan het college van burgemeester en schepenen en de vrijstelling van visumverplichting'.
Op grond van artikel 78, 9° van het DLB, komt het aan de OCMW-raad toe om vast te stellen wat onder het begrip "dagelijks bestuur" moet worden verstaan.
Punt 10° van artikel 78 voorziet dat het vaststellen van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten aan de OCMW-raad toekomt, tenzij de opdracht past binnen het begrip "dagelijks bestuur" of tenzij de opdracht nominatief aan het vast bureau werd toevertrouwd.
Op grond van artikel 84, §3, 5° en 6° DLB is het vast bureau bevoegd voor het vaststellen van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur en voor het vaststellen van de plaatsingsprocedure en voorwaarden van overheidsopdrachten indien deze nominatief door de OCMW-raad werden toegekend.
Met andere woorden, het begrip "dagelijks bestuur" is bepalend voor de bevoegdheidsverdeling met betrekking tot overheidsopdrachten. Het OCMW krijgt via deze begripsafbakening de mogelijkheid om de uitvoering van het beleid zo efficiënt mogelijk te organiseren, op maat van de eigen organisatie.
De definitie van "dagelijks bestuur" wordt bepaald om een soepele en efficiënte werking te garanderen. Daarnaast worden de overheidsopdrachten nominatief aangeduid die aan het vast bureau worden toevertrouwd.
De OCMW-raad wordt gevraagd het 'Reglement tot vaststelling van het begrip "dagelijks bestuur", tot vaststelling van de bevoegdheden die door de OCMW-raad gedelegeerd worden aan het vast bureau en de vrijstelling van visumverplichting' goed te keuren.
De OCMW-raad keurt het 'Reglement tot vaststelling van het begrip "dagelijks bestuur", tot vaststelling van de bevoegdheden die door de OCMW-raad gedelegeerd worden aan het vast bureau en de vrijstelling van visumverplichting', zoals toegevoegd in bijlage, goed.
Het reglement wordt bekend gemaakt zoals vermeld in de artikelen 286 en 287 van het decreet lokaal bestuur.
Dit besluit treedt in werking op 01.01.2022 en geldt tot 31.12.2025.
Het OCMW is deelnemer van de dienstverlenende vereniging Cipal (“Cipal”).
Gelet op de statuten van Cipal.
Op 22.02.2019 ging de Raad voor Maatschappelijk Welzijn over tot de aanstelling van schepen Ria Steegmans als vertegenwoordiger van het OCMW op de Algemene vergaderingen van Cipal, voor de duur van de legislatuur 2019-2024 .
Gelet op de oproeping tot de Algemene vergadering van Cipal van 16.12.2021 met de volgende agendapunten:
Gelet op de toelichtende nota van Cipal betreffende de agendapunten van deze Algemene vergadering.
Gelet op de voorstellen van de Raad van Bestuur van Cipal.
Er zijn geen redenen voorhanden om goedkeuring van de agendapunten te weigeren.
De uitnodiging voor de Algemene vergadering werd per e-mail ontvangen op 16.11.2021 en bijgevolg te laat voor behandeling door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn op 19.11.2021. Aangezien de daaropvolgende raad plaats vindt na de Algemene vergadering, keurde het vast bureau op 25.11.2021 de agendapunten goed en werd de afgevaardigde namens het OCMW gemandateerd om op de Algemene vergadering te handelen en te beslissen conform het genomen besluit.
De OCMW-raad wordt gevraagd het besluit van het vast bureau van 25.11.2021 te bekrachtigen.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, in het bijzonder artikel 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad en inzake de intergemeentelijke samenwerking.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 22.02.2019 waarbij schepen Ria Steegmans aangesteld werd als vertegenwoordiger van het OCMW op de Algemene vergaderingen van Cipal, voor de duur van de legislatuur 2019-2024.
Het besluit van het vast bureau van 25.11.2021 waarbij de agendapunten van de Algemene vergadering van Cipal van 16.12.2021 goedgekeurd werden en de afgevaardigde namens het OCMW gemandateerd werd.
De OCMW-raad bekrachtigt het besluit van het vast bureau van 25.11.2021 waarbij, op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota, de agendapunten van de Algemene vergadering van Cipal van 16.12.2021 goedgekeurd werden en de vertegenwoordiger van het OCMW gemandateerd werd om op de Algemene vergadering van Cipal te handelen en te beslissen conform het genomen besluit.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Ter kennisgeving aan de raadsleden:
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van:
In zitting van de gemeente- en de OCMW-raad van 13.12.2019 werd het meerjarenplan 2020-2025 vastgesteld.
In zitting van de gemeente- en de OCMW-raad van 18.12.2020 werd de aanpassing 1 meerjarenplan 2020-2025 vastgesteld.
Beiden zijn een gezamenlijk beleidsrapport waarin de beleidsdoelstellingen, actieplannen, acties en ramingen van zowel de gemeente als het OCMW opgenomen zijn.
Heden wordt de tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 voorgelegd.
De financieel directeur stelde het ontwerp van de aanpassing op in overleg met het managementteam. Het eindresultaat werd besproken in het managementteam van 30.11.2021, en in het college van burgemeester en schepenen van 02.12.2021.
Het managementteam heeft kennis genomen van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, in zitting van 30.11.2021, en verleende positief advies.
De aanpassing 2 van het meerjarenplan, de aangepaste toelichting en de bijhorende documentatie worden digitaal aan de raadsleden bezorgd op 02.12.2021.
De toelichting door de financieel directeur toont aan dat de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 financieel in evenwicht is. Het geraamde beschikbare budgettaire resultaat is groter dan nul en er is een positieve autofinancieringsmarge in 2025.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 30.03.2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het Ministerieel Besluit van 26.06.2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen met bijlagen, en de wijziging van 12.09.2018.
De omzendbrief KB/ABB 2019/04 van 03.05.2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
De omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18.09.2020 betreffende de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
De OCMW-raad stelt de aanpassing 2 van het meerjarenplan 2020-2025 vast voor het gedeelte van het OCMW.
Context
Volgens artikel 41, eerste lid van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, kan de gemeenteraad (resp.de raad voor maatschappelijk welzijn) aan aantal bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen (resp. vast bureau), behalve voor wat betreft de bevoegdheden die uitdrukkelijk niet kunnen worden toevertrouwd aan het college van burgemeester en schepenen (resp. vast bureau), opgesomd in het tweede lid van datzelfde artikel.
De bevoegdheden met betrekking tot het organogram, de personeelsformatie en de rechtspositieregeling behoren niet meer tot de exclusieve bevoegdheden van de gemeenteraad (resp. de raad voor maatschappelijk welzijn) en kunnen gedelegeerd worden naar het college van burgemeester en schepenen (resp. vast bureau).
Ook de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen betreffende personeelsaangelegenheden (arbeidsreglement, regeling aangaande structureel thuiswerk, ...) en het vaststellen van de inhoud van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer' kunnen aan het college van burgemeester en schepenen (resp. vast bureau) gedelegeerd worden.
Argumentatie
Het vaststellen van de reglementen betreffende personeelsaangelegenheden, het vaststellen van de inhoud van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer' en het jaarlijks vaststellen van de compensatiedagen en het collectief verlof zijn bevoegdheden van interne organisatie dewelke zich eerder situeren op het operationele niveau en inhoudelijk meer aansluiten bij de werkzaamheden van het college van burgemeester en schepenen (resp. vast bureau). Om op een vlotte manier te kunnen (bij)sturen wat de interne organisatie en dagelijkse werking betreft is het bovendien wenselijk om snel te kunnen handelen en om eventuele wijzigingen op relatief korte tijd te kunnen realiseren. Door een delegatie van deze bevoegdheden zal de werking van de organisatie versoepelen en kunnen beleid en administratie sneller schakelen en tot oplossingen komen.
In het managementteam van 25.11.2021 en het vast bureau van 2.12.2021 werd het voorstel tot delegatie van bovengenoemde bevoegdheden goedgekeurd.
De raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd om de volgende bevoegdheden te delegeren aan het vast bureau:
Het vaststellen van de rechtspositieregeling, het organogram en het personeelsbehoefteplan blijven voorlopig de bevoegdheid van de raad voor maatschappelijk welzijn.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 24.10.2017 houdende de goedkeuring van de rechtspositieregeling.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 19.12.2017 houdende de goedkeuring van het arbeidsreglement.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 18.12.2018 houdende de vatstelling van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer'.
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 10.09.2021 houdende de goedkeuring van het personeelsbehoefteplan en het aangepast organogram.
Het vast bureau wordt bevoegd voor de vaststelling van het arbeidsreglement en andere reglementen aangaande personeelsaangelegenheden en de organisatie van het werk (bv. het structureel thuiswerk).
Het vast bureau wordt bevoegd voor de vaststelling van het begrip 'dagelijks personeelsbeheer'.
Het vast bureau wordt bevoegd voor de jaarlijkse vaststelling van de compensatiedagen en het collectief verlof.
De raad voor maatschappelijk welzijn blijft voorlopig bevoegd voor de vaststelling van de lokale rechtspositieregeling, het organogram en het personeelsbehoefteplan.
Bovengenoemde delegatie gaat in vanaf heden.
Het recht van voorkoop in kader van de Vlaamse wooncode heeft tot doel de begunstigden ervan in staat te stellen bepaalde woningen en percelen welke bestemd zijn voor woningbouw te verwerven om die vervolgens aan te wenden om sociale huur- of koopwoningen of sociale kavels te realiseren.
In juli 2020, werden de resultaten van de tweejaarlijkse voortgangstoets van Wonen Vlaanderen bekend gemaakt. Kortessem heeft het bindend sociaal object (BSO) nog niet behaald, maar zal het behalen op basis van de geplande projecten (inbreiding wijk Haechent, project in Guigoven en de verbouwing van de pastorij in Vliermaal) en het bestaande sociaal huuraanbod (SVK woningen), waardoor het niet noodzakelijk is om woningen te verwerven om aan te wenden als sociale huur- of koopwoningen of sociale kavel.
De woning gelegen Leopold III-straat 47 te 3724 Kortessem werd op 23.05.2019 opgenomen in het gemeentelijk leegstandsregister (ref. gemeente LS2019-030).
Op 05.11.2021 hebben geassocieerde notarissen Wilsens, Cleeren en Verduyn, pa.: Volmolensteeg 1 te 3830 Wellen, een dossier aangeboden via het e-voorkooploket van de Vlaamse Landmaatschappij betreffende deze woning, voor een bedrag van € 85.000,00.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 06.10.1998 houdende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen (artikelen 27 t.e.m. 30).
De Vlaamse codex ruimtelijke ordening (artikelen 2.4.1 en 2.4.2).
Het decreet van 15.07.1997 houdende de Vlaamse Wooncode (artikelen 85 t.e.m. 89).
Het decreet van 25.05.2007 houdende de harmonisering van de procedures van voorkooprechten.
Het decreet van 27.03.2009 houdende het grond- en pandenbeleid.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van het aanbiedingsdossier met ref. 145559 , ‘Recht van Voorkoop - Vlaamse Wooncode’ waarvan OCMW Kortessem de begunstigde is.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn beslist om het recht van voorkoop betreffende vermelde eigendom, met adres Leopold III-straat 47 te 3724 Kortessem niet uit te oefenen.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het Koninklijk Besluit van 11.07.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Koninklijk Besluit van 14.11.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Ministerieel Besluit van 10.10.2004 tot vaststelling van de lijst van de initiatieven voor sociale economie met het oog op de toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk welzijn van 27.11.2018 - Samenwerkingsovereenkomst OCMW Kortessem - Trabajo ter Engelen vzw.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18.12.2020 - Samenwerkingsovereenkomst OCMW Kortessem - Trabajo ter Engelen vzw.
Het OCMW van Kortessem werkt reeds jaren samen met Trabajo Ter Engelen vzw (een erkend sociale-economie initiatief), om door middel van sociale economie tewerkstellingen, bij te dragen tot de professionele herinschakeling van de personen die OCMW - steun/leefloon genieten.
Het OCMW streeft ernaar twee werknemers, in dienst met een arbeidscontract in het kader van artikel 60 §7, ter beschikking te stellen aan Trabajo Ter Engelen vzw.
Naast het opnieuw integreren van leefloon- of steungerechtigden in het arbeidsproces, heeft de maatregel ook als doel het aanmoedigen en ondersteunen van sociale-economie-initiatieven.
Voor 2022 krijgt het OCMW twee voltijdse tewerkstellingen gesubsidieerd.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst met Trabajo Ter Engelen vzw, zoals opgenomen in bijlage, goed voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022.
Het OCMW streeft ernaar om twee werknemers met een arbeidscontract in het kader van artikel 60 §7 ter beschikking te stellen aan Trabajo Ter Engelen vzw.
Een afschrift van dit besluit wordt, samen met de ondertekende overeenkomst, overgemaakt aan Trabajo Ter Engelen vzw.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het Koninklijk Besluit van 11.07.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Koninklijk Besluit van 14.11.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Ministerieel Besluit van 10.10.2004 tot vaststelling van de lijst van de initiatieven voor sociale economie met het oog op de toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk welzijn van 30.01.2020 - Samenwerkingsovereenkomst OCMW Kortessem - VZW De Wroeter.
Het OCMW van Kortessem werkt reeds jaren samen met VZW De Wroeter, om door middel van sociale economie tewerkstellingen, bij te dragen tot de professionele herinschakeling van de personen die OCMW - steun/leefloon genieten.
Het OCMW streeft ernaar twee werknemers te integreren in het arbeidscircuit. Dit wordt gesubsidieerd vanaf het ogenblik dat de werkgever een erkend sociaal initiatief is.
Het OCMW krijgt voor 2022 twee voltijdse tewerkstellingen gesubsidieerd door POD MI (bij subsidies leefloon) en betaalt hiervoor ook de lonen uit.
Vzw De Wroeter is een erkend sociale-economie- initiatief waarnaar de eventuele artikel 60 §7-er gedetacheerd worden.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst met VZW De Wroeter, zoals opgenomen in bijlage, goed voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022.
Een afschrift van dit besluit wordt, samen met de ondertekende overeenkomst, overgemaakt aan VZW De Wroeter.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het Koninklijk Besluit van 11.07.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Koninklijk Besluit van 14.11.2002 tot toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het Ministerieel Besluit van 10.10.2004 tot vaststelling van de lijst van de initiatieven voor sociale economie met het oog op de toekenning van een verhoogde staatstoelage aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor specifieke initiatieven, gericht op sociale inschakeling, binnen de sociale economie.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 30.01.2020 - Samenwerkingsovereenkomst OCMW Kortessem - Aksi vzw.
Door een samenwerkig met Aksi vzw (een erkend sociale-economie initiatief), wordt door middel van sociale economie tewerkstellingen, bijgedragen tot de professionele herinschakeling van de personen die OCMW - steun/leefloon genieten.
Het OCMW streeft ernaar twee werknemers, in dienst met een arbeidscontract in het kader van artikel 60 §7, ter beschikking te stellen aan Aksi vzw.
Naast het opnieuw integreren van leefloon- of steungerechtigden in het arbeidsproces, heeft de maatregel ook als doel het aanmoedigen en ondersteunen van sociale-economie-initiatieven.
Voor 2022 krijgt het OCMW twee voltijdse tewerkstellingen gesubsidieerd.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst met Aksi vzw, zoals opgenomen in bijlage, goed voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022.
Het OCMW streeft ernaar om twee werknemers met een arbeidscontract in het kader van artikel 60 §7, ter beschikking te stellen aan Aksi vzw.
Een afschrift van dit besluit wordt, samen met de ondertekende overeenkomst, overgemaakt aan Aksi vzw.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18.12.2020 - Samenwerkingsovereenkomst OCMW Kortessem - Reset vzw.
Sinds 2007 heeft het OCMW-bestuur van Kortessem met verschillende vzw's een samenwerkingsovereenkomst betreffende het project 'Bestrijding van kansarmoede'.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd de samenwerkingsovereenkomst in het kader van het project 'Bestrijding van kansarmoede', tussen het OCMW-bestuur van Kortessem en Reset vzw, Kringloopwinkel afdeling Tongeren, pa.: Marktplein 9 bus10 te 3550 Heusden-Zolder, goed te keuren, voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst tussen Reset vzw, Kringloopwinkel afdeling Tongeren, pa.: Marktplein 9 bus10 te 3550 Heusden-Zolder, en het OCMW-bestuur van Kortessem, betreffende het project 'Bestrijding van kansarmoede', voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed.
Een afschrift van dit besluit wordt, samen met de ondertekende overeenkomst, overgemaakt aan Reset vzw.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18.12.2020 - Samenwerkingsovereenkomst Sint-Vincentius - Sint Lucia Kortessem 2021.
Het OCMW van Kortessem werkt al jaren samen met Sint Vincentius Kortessem voor voedselbedeling binnen Kortessem.
Bij aanvraag om voedselbedeling bij Sint Vincentius wordt de aanvrager doorverwezen naar het OCMW van Kortessem welk een sociaal onderzoek uitvoert, eventueel voor beperkte duur, en een attest aflevert.
Voor uitvoering van deze overeenkomst overleggen Sint Vincentius en het OCMW van Kortessem minstens 6-maandelijks.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd om de partnerovereenkomst voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de partnerovereenkomst met Sint Vincentius Kortessem, zoals opgenomen in bijlage, goed voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022.
Een afschrift van dit besluit wordt, samen met de ondertekende overeenkomst, overgemaakt aan Sint Vincentius Kortessem.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Het besluit van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 18.12.2020 houdende de goedkeuring van de samenwerkingsovereenkomst tussen het OCMW-bestuur afdeling klussendienst en Maatwerkbedrijf De Wroeter, pa.: St.- Rochusstraat 8 te 3720 Kortessem voor de periode van 01.01.2021 tot 31.12.2021.
Sinds 2010 werkt het OCMW-bestuur nauw samen met Maatwerkbedrijf De Wroeter, pa.:St.-Rochusstraat 8 te 3720 Kortessem, betreffende de afdeling klussendienst.
Gezien de huidige samenwerkingsovereenkomst stopt op 31.12.2021 is het nodig de samenwerking te evalueren en indien gewenst te verlengen. Indien de samenwerking zou stopgezet worden, dient er een opzegperiode van 3 maanden gerespecteerd te worden.
Opnieuw kunnen we stellen dat de samenwerking met de Wroeter in 2021 vlot verlopen is. We hebben ook dit jaar weer een aantal nieuwe aanvragen gekregen.
In 2020 werden er in totaal 739,44 uren gepresteerd aan 48 cliënten. 2020 was echter omwille van verschillende redenen een speciaal jaar (Covid-19 en zeer droge zomer). In 2021 werden tot en met september al 893,97 uren gepresteerd, bij 49 cliënten.
Gezien er nog steeds geen andere vergelijkbare initiatieven zijn, blijft er een vraag bij cliënten en is een verlenging van de samenwerkingsovereenkomst voor 2022 verder aangewezen.
In de samenwerkingsovereenkomst voor 2022 zal er een indexering van 4% doorgevoerd worden van de uurprijs. Dit om tegemoet te komen aan de indexering voor 2022 en omdat er voor 2021 ook geen indexering werd doorgevoerd. De uurprijs zal dus opgetrokken worden van € 18,50 naar € 19,25. Ook voor materiaal zal de prijs aangepast worden:
De OCMW-raad wordt gevraagd de verlenging van de samenwerkingsovereenkomst tussen het OCMW-bestuur afdeling klussendienst en Maatbedrijf De Wroeter, pa.: St.-Rochusstraat nr. 8 te 3720 Kortessem voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022 goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn keurt de verlenging van de samenwerkingsovereenkomst tussen het Maatwerkbedrijf De Wroeter, pa.: St.-Rochusstraat 8 te 3720 Kortessem en het OCMW-bestuur - afdeling klussendienst, goed voor de periode van 01.01.2022 tot en met 31.12.2022, en gaat akkoord met de voorgestelde prijsaanpassingen.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Volgende aanpassingen aan het huishoudelijk reglement met betrekking tot de klussendienst worden voorgesteld:
Afvoeren groenafval:
De eerdere afspraken rond het betalen per kg afval bleken niet haalbaar, zowel op praktisch vlak als omwille van privacy (meegeven van ID). Buiten groenafval, waren er ook weinig vragen om ander afval naar het recyclagepark te brengen. Gezien de hoeveelheid groenafval relatief beperkt is, kan dit opnieuw bij de dienst Werken & Veiligheid gebracht worden. Daardoor is de verplaatsing minder groot en is het voldoende om opnieuw een half uur transport aan te rekenen voor het vervoer naar het recyclagepark.
Kilometervergoeding:
De kilometervergoeding wordt aangepast cfr. het KB van 29.12.1965 inzake reiskosten gemaakt voor de dienstreizen van het OCMW-personeel en wordt verhoogd van € 0,3647 naar € 0,3669.
Prijsberekening:
Momenteel wordt de berekening voor elke cliënt individueel gedaan op basis van volgende berekening:
Prijs gezinszorg (gebaseerd op de wettelijke schaal) x2 +6% (omwille van de indexering die 2 jaar geleden werd doorgevoerd) + € 1,00 (omwille van het afschaffen van de aparte materiaalprijs een aantal jaar geleden).
Deze berekening is voor de cliënten erg verwarrend en neemt veel tijd in beslag, vooral in het begin van het jaar wanneer alle prijsherzieningen worden opgemaakt. Andere gemeenten met een klussendienst werken meestal met inkomenscategorieën: bv. wanneer een gezin / alleenstaande een inkomen heeft tussen bedrag x en bedrag y, betaalt de cliënt € 9,00. Dit is veel overzichtelijker. Wanneer onze huidige berekening zou omgezet worden naar een dergelijke verdeling, komen we tot onderstaande tabel:
| inkomsten alleenstaande | inkomsten gezin | prijs klussendienst | |
| cat1 | < € 1,000,00 | < € 10100,00 | € 9,00 |
| cat2 | € 1.000,00 - € 2.000,00 | € 1.100,00 -€ 1.300,00 | € 11,00 |
| cat3 | € 1.200,00 - € -1.500,00 | € 1.300,00 - € 1.600,00 | € 14,00 |
| cat4 | € 1.500,00 - € 1.800,00 | € 1.600,00 € 1.900,00 | € 18,00 |
| cat5 | € 1.800,00 - € 2.000,00 | € 1.900,00 - € 2.100,00 | € 20,00 |
| cat6 | > € 2.000,00 | > € 2.100,00 | € 22,00 |
De achterliggende berekening (gebaseerd op het inkomen en de gezinssamenstelling) wordt behouden, maar er hoeft geen individuele berekening meer gemaakt te worden per cliënt. Deze tabel wordt bij het huishoudelijk reglement toegevoegd, waardoor de cliënt onmiddellijk zicht heeft op wat zijn bijdrage gaat zijn.
Om na te gaan of dit voor cliënten een verhoging van de bijdrage zou betekenen, werd voor een aantal cliënten de vergelijking gemaakt tussen hun huidige bijdrage (2021) en wat ze volgens de nieuwe tabel zouden moeten betalen. Dit levert volgend overzicht op:
| situatie | inkomsten | prijs 2021 | prijs 2022 | |
| client A | gezin | € 1.330,74 | € 10,20 | € 14,00 |
| B | alleenstaande | € 1.291,68 | € 12,34 | € 14,00 |
| C | alleenstaande | € 1.384,96 | € 13,64 | € 14,00 |
| D | alleenstaande | € 1.301,65 | €12,55 | €14,00 |
| E | alleenstaande | € 1.855,28 | € 19,63 | € 20,00 |
| F | alleenstaande | € 1.403,36 | € 13,85 | € 14,00 |
| G | alleenstaande | € 1.408,10 | € 14,06 | € 14,00 |
| H | alleenstaande | € 1.753,45 | € 18,34 | € 18,00 |
| I | alleenstaande | € 2.122,67 | € 22,00 | € 22,00 |
| J | alleenstaande | € 1.312,02 | € 12,79 | € 14,00 |
| K | alleenstaande | € 1.641,54 | € 16,84 | € 18,00 |
Een aantal cliënten zou dus niet iets meer moeten betalen, sommigen net iets minder. Let wel, mogelijks zouden deze cliënten ook met de huidige berekening aan een hoger tarief uitkomen omdat ze iets meer pensioen zouden ontvangen. De minimumprijs zou dan ook omhoog gaan van € 6,00 naar € 9,00.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn wordt gevraagd de voorgestelde wijzigingen in het huishoudelijk reglement met betrekking tot het afvoeren van groenafval en de kilometervergoeding, alsmede de vereenvoudiging van de prijsberekening goed te keuren.
De Raad voor Maatschappelijk Welzijn neemt kennis van de voorgestelde wijzigingen binnen het huishoudelijk reglement omtrent het vervoer van groenafval en de kilometervergoeding, alsmede de vereenvoudiging van de prijsberekening, en keurt het goed. Het nieuwe reglement zal vanaf 01.01.2022 toegepast worden.
Het aangepaste reglement zal aan de bestaande cliënten bezorgd worden.
De wet van 29.07.1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017, latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet van 07.12.2018.
Op 27.09.2017 werd de samenwerkingsovereenkomst tussen het OCMW Kortessem en IN-Z opgestart betreffende bijkomende ondersteuning voor de werking van de voor- en naschoolse en buitenschoolse opvang. De samenwerking werd tot nu jaarlijks verlengd, en loopt momenteel tot 31.12.2021. IN-Z levert 0,5 VTE aan voor een maximum totaal jaarbudget van € 14.000,00. De overeenkomst van IN-Z, wordt als positief ervaren; er wordt goed werk geleverd, er is heel wat flexibiliteit mogelijk, en de samenwerking loopt goed.
Er werden in 2021 3 extra personeelsleden aangeworven, waardoor de extra ondersteuning vanuit IN-Z in principe zou kunnen stopgezet worden. Het personeelsbestand voldoet in normale omstandigheden aan het aantal opvangplaatsen.
Op 01.12.2021 ging een medewerker echter met pensioen. Er kwam dus opnieuw een plaats vrij die zou ingevuld kunnen worden met een vaste aanwerving (0,5VTE). De personeelsdienst maakte een raming van de jaarlijkse kost voor dit nieuw personeelslid. Dit zou neerkomen op een bedrag van € 21.453,08 (zie bijlage). Bijkomend, zou er een procedure moeten opgestart worden die veel tijd in beslag zou nemen en waarvan er geen zekerheid is of er een geschikte kandidaat gevonden zal worden. Er zijn vaak heel wat problemen binnen de sector bij het vinden van goed personeel.
In plaats van een nieuwe aanwerving, opteren we om de samenwerking met IN-Z opnieuw een jaar te verlengen. Dit is zowel op praktisch vlak als op financieel vlak een betere optie. IN-Z heeft al aangegeven dat er voor volgend jaar geen prijsverhoging of indexering zou toegepast worden en dat het jaarbedrag ook op maximaal € 14.000,00 zou blijven. Aan de overeenkomst zou inhoudelijk niets veranderen (zie bijlage).
Aan de Raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd om de samenwerkingsovereenkomst met Brede School (IN-Z) in de buitenschoolse opvang goed te keuren.
De Raad voor maatschappelijk welzijn keurt de samenwerkingsovereenkomst met Brede School (IN-Z) goed. De overeenkomst loopt van 01.01.2022 tot 31.12.2022.